De moed om ongeliefd te zijn is een Japanse analyse van het werk van de 19e-eeuwse psycholoog Alfred Adler, die heeft vastgesteld dat geluk in de handen van elke menselijke individu ligt, ongeacht hun traumatische ervaringen uit het verleden.

In 2016 werd eindelijk overtuigend bewijs ontdekt om Einsteins theorie van de algemene relativiteit te bewijzen.

Dat betekent dat een hele tak van natuurkunde meer dan 100 jaar onder de veronderstelling opereerde dat dit idee waar was zonder concrete bewijzen.

De kans dat tientallen jaren werk van duizenden mensen in een oogwenk kan instorten, lijkt misschien een gekke prijs om te betalen, maar wetenschappelijke ontdekking heeft altijd op deze manier gewerkt.

Alles is een theorie die wacht om te worden bewezen.

Daarom moet u niet verbaasd zijn als u een opkomst van oude ideeën ziet in elk gegeven gebied.

In de psychologie hebben de werken van Sigmund Freud en Carl Jung lange tijd de overhand gehad.

Maar nu, een tegenstander van hen, Alfred Adler, wordt opnieuw naar boven gehaald.

De Japanse auteurs Ichiro Kishimi en Fumitake Koga hebben zijn werk tientallen jaren geanalyseerd en presenteren nu een aangepaste versie ervan, klaar om de moderne wereld te dienen in onze zoektocht naar geluk.

Het resultaat is De moed om ongeliefd te zijn, een instant-bestseller in Japan en nu een wereldwijd fenomeen, met meer dan 3,5 miljoen exemplaren verkocht.

Het boek vertelt het verhaal van een ongelukkige jonge man die een filosoof buiten de stad bezoekt.

Gedurende vijf gesprekken helpt de leraar hem de controle over zijn eigen leven en geluk te nemen.